De geschiedenis

In de Zak van Zuid–Beveland is de geschiedenis overal aanwezig dankzij het karakteristieke patroon van dijken, kreekruggen, poelgronden en welen. Die laatste lijken gewone waterplassen, maar ontstonden door dijkdoorbraken tijdens stormvloeden eeuwen terug. De Nieuwe Dijk werd kronkelend om zo'n diep kolkgat heen gelegd en aan de Brilletjesdijk bij Nisse liggen er zelfs drie welen op een rij. Ze zijn als parels in het landschap achtergebleven. Toch zijn het niet allemaal parels die blinken: de schilderachtige en langgerekte Zwaakse Weel bijvoorbeeld is helemaal geen weel. Dit is een kreek, een overblijfsel van de getemde zeearm het Zwake.

Hoewel de natuur het landschap hier onmiskenbaar heeft beïnvloed, drukt de mens hier ook al sinds de middeleeuwen zijn stempel. Getuigen zijn onder andere de vaak kronkelige dijkjes, tot de verbeelding sprekende vliedbergen en de perceelstructuur van de Poel waar ooit turf werd gewonnen. Ondanks ingrijpende her– en ruilverkavelingen is de Zak landschappelijk gelukkig een groen gebied gebleven met kleurige rode en zwart–witte accenten van de bebouwing. Er is ook veel natuur, vooral in de afgebakende gebieden zoals rondom de Zwaakse Weel.

 

Helaas is door de veranderingen in de agrarische bedrijfsvoering nog bijzondere akkernatuur verloren gegaan. Percelen werden groter en heggen verdwenen. Kleine omzoomde akkers en veel hollebollige weilanden legden het loodje en daarmee de bijbehorende planten en dieren.

Bloemdijken

Het unieke van de Zak van Zuid–Beveland zit zeker ook in de bloemdijken. Zowel uit oogpunt van cultuurhistorie, landschap als natuur. De dijken hebben een eigen vegetatie. Op de zonnige zuidhellingen groeien bijvoorbeeld planten met een Zuid–Europees karakter zoals wilde marjolein, aardaker, ruige anjer, agrimonie en wollige distel. Deze bloemen trekken veel insecten aan: vlinders, bijen, zweefvliegen, krekels en sprinkhanen. Op hun beurt weer voer voor sommige vogels. De meeste dijken zijn beplant met bomen, een aantal daarvan is gelukkig nog onverhard. Dat is ook gunstig voor vogels en (kleine) zoogdieren. Opvallende bakens in het landschap zijn de grenslindes, her en der geplant om de grens tussen ambachtsheerlijkheden te markeren.

Nationaal landschap

Tussen 1994 en 2001 was de Zak aangewezen als waardevol cultuurlandschap. Ruim tien miljoen gulden subsidie werd gestopt in versterking van de agrarische, landschappelijke en recreatieve functies van het gebied. Sinds 2004 is de Zak  een nationaal landschap, Nationaal landschap is niet zomaar een titel; de aanwijzing is een duidelijke erkenning van de bijzondere waarden. Daarom moet  worden ingezet op versterking van de kwaliteiten van landschap, dus op natuur, cultuurhistorie en recreatie. Toch houdt dat niet in dat de Zak een openluchtmuseum is waar veranderingen taboe zijn. Er moet geleefd en gewerkt kunnen worden, maar mét respect voor die bijzondere waarden.